Rookmelders

Op een centrale plaats op de begane grond en de 1e verdieping en zolder in uw woning bevindt zich een rookmelder. Indien er teveel rookontwikkeling is in de woning gaan de rookmelders piepen. U kunt dan tijdig de woning verlaten. Het is in uw belang dat deze rookmelders goed functioneren. De rookmelder is altijd voorzien van een batterij (alleen voor back-up) als hij aangesloten is op het lichtnet. U dient deze batterij tijdig te vervangen en uw rookmelder periodiek te testen (zie handleiding). Indien uw rookmelder blijft piepen dient u altijd eerst de batterij te vervangen.

Verwijderen rookmelder
Zorg ervoor dat bij het verwijderen de stroom van de groep is verwijderd. Als de LED uit is kunt u de rookmelder verwijderen met een draai linksom.

Reinigen rookmelder
U dient een rookmelder vrij van stof en insecten te houden om een vals alarm te voorkomen. Vaak zit er een hoop stof aan de binnenkant van een rookmelder. Haal de stof voorzichtig weg met een kwastje of blaas het weg.